Het orgel is een mechanisch blaas-instrument. De wind wordt verdeeld in de windlade waarop het pijpwerk wordt opgesteld.
De windlade is dan ook het hart van het orgelmechaniek en hierin bevinden zich de ventielen die verbonden zijn met de toetsen en de slepen die worden aangestuurd middels de registerknoppen.
De windladen worden met grote precisie gemaakt en zijn bestand tegen moderne verwarming terwijl toch het traditionele ontwerp gehandhaafd blijft.
Ook worden hier balgen gemaakt van massief eiken of mahonie. De vouwen krijgen een dubbele belering van schapenleder en worden met koordscharnieren versterkt.
Ga door naar pijpenmakerij-->